Een betere wereld begint bij…de docent!

Bij dNS ontwerpen we lessen met iemand die niets met het onderwijs te maken heeft om zo de koppeling te maken tussen de school en de wereld daarbuiten. Samen met de Australische Linda Scholten, afgestudeerd in Environmental Sciences, bedenk ik een les rond de ecological footprint.

De keuze voor mijn supernova, de term die dNS bedacht heeft voor de expert van buitenaf, is tweeledig. Ten eerste heeft Linda verstand van een onderwerp waarover ik mijn leerlingen iets wil bijbrengen: de invloed van onze levensstijl op de aarde. Bovendien is ze een native speaker of English en dus ook op dat gebied een welkome aanvulling in mijn lessen aan het tweetalig onderwijs (tto).

Geheel via e-mailcontact komen Linda en ik tot een mooie les voor mijn tto-brugklas. De leerlingen doen de Ecological Footprint Quiz van het WWF op hun iPad en berekenen hoe veel aardes zij verbruiken om in hun levensonderhoud te voorzien. Vervolgens bedenken ze in groepen manieren waarop zij de aarde zoveel mogelijk kunnen ontzien in hun dagelijks leven. Als huiswerk gaan ze een challenge aan waarbij iedereen een maand lang aan de slag gaat met een aantal van deze ideeën. Lukt het ze om hun ecologische voetafdruk kleiner te maken?

Op papier een relevante en activerend les waarin bewustzijn wordt gecombineerd met het aanleren van nieuw vocabulaire. Toch ben ik erg zenuwachtig over hoe het allemaal gaat uitpakken; ik heb Linda nog niet ontmoet en kan niet inschatten hoe het haar zal vergaan voor de klas. De les valt ongelukkigerwijs op een laatste uur vlak voor de vakantie en ik hoop maar dat G11 zich zal gedragen….

Al mijn zorgen blijken ongegrond. Ja, de klas is uitgelaten, maar Linda blijkt een natuurtalent. Haar eerste vraag aan de leerlingen is meteen raak: ‘What has nature done for you today?’‘ In rap tempo vuurt Linda vragen op hen af. Deze rapid fire-methode is effectief om in korte tijd zoveel mogelijk meningen op tafel te krijgen. Ze krijgt antwoorden als: ‘It gives me the air that I breathe, the view outside, my breakfast this morning’ en het doel van de les is glashelder. Als de leerlingen gaan nadenken over oplossingen op het gebied van voedsel, reizen, wonen en water wordt het duidelijk dat we een expert in de klas hebben. Linda loopt rond, reikt ideeën aan en stelt kritische vragen en dat allemaal in een verrukkelijk Australisch accent.

Uiteindelijk blijken we net te weinig tijd te hebben om het onderwerp goed uit te diepen. Maar oh, wat ben ik trots. Op mijn leerlingen, die enthousiast waren (‘Het is weer eens wat anders.’) en de les prima konden volgen ondanks alle moeilijke Engelse woorden die horen bij dit onderwerp. Op Linda, die mijn klas vanaf de eerste minuut wist te boeien. En op mezelf, dat ik een onbekend persoon heb durven uit te nodigen in mijn les. Hoewel het heerlijk is om iemand met verstand van zaken in je lokaal te hebben, vond ik het aanvankelijk lastig om iemand zomaar te vragen kostbare tijd en energie te investeren. Gelukkig laat Linda me achteraf weten dat het voor haar ook een mooie ervaring was geweest.

Maar ja, een enkele les is niet voldoende om te zorgen dat de boodschap en de bijbehorende vocabulaire beklijven en dus bedenk ik een vervolg: ik koppel de challenge aan het Engels mondeling dat toch al plaats zou vinden aan het eind van het jaar. In de parallelklas ga ik precies hetzelfde doen. Aan het eind van het jaar heb ik dus 49 leerlingen die in uitstekend Engels kunnen uitleggen hoe zij de aarde een beetje leefbaarder gaan maken. Is dat niet mooi? Thanks a lot Linda!

Plaats een reactie